Dit wordt slechts gedeeltelijk Schriftuurlijk beantwoord.
Genesis 25:1-2 (NBG)
25 vervolgens nam Abraham opnieuw een vrouw, en haar naam was Keturah.2 en zij baarde hem Zimran, en Jokshan, en Medan, en Midian, en Isbak, en Suah.
de Betekenis van deze passage is dat de Midianieten afstammelingen waren van Abraham, en als zodanig de kennis van de god van Abraham zouden hebben gedeeld., Zij zijn niet in de lijn van Isaak en Jakob, en duidelijk niet in de uitverkoren lijn, maar zij zouden op zijn minst kennis hebben van de God van Abraham, Isaak en Jakob.
Ik ben niet al te dol op Wikipedia als bron, maar uit http://en.wikipedia.org/wiki/Midian:
religie
de Midianieten waren de afstammelingen van Midian, die een zoon was van Abraham via zijn vrouw Keturah. Dit kan worden gezien in de volgende bijbelpassages. Genesis 25: 1-2 1 Toen nam Abraham wederom een vrouw, en haar naam was Keturah., En zij baarde hem Zimran, en Joksan, en Medan, en Midian, en Jisbak, en Suah. (King James Version)
de Midianieten door hun schijnbaar religieus-politieke connectie met de Moabieten worden verondersteld een veelheid van goden te hebben aanbeden, waaronder Baal-peor en de Koningin van de hemel, Ashteroth. Een Egyptische tempel van Hathor in Timna bleef worden gebruikt tijdens de Midianitische bezetting van de site. Echter, of Hathor of een andere godheid het voorwerp van toewijding was gedurende deze periode is onmogelijk vast te stellen.,daarom, ook al vereerden de Midianieten de God van Israël niet, moet er genoeg kennis van hem onder hen hebben bestaan om Jethro, Mozes’ schoonvader, de volgende verklaring te geven na het horen van de Exodus en Gods wonderbaarlijke bevrijding van het Joodse volk uit hun Egyptische slavernij:
Exodus 18:9-11 (NBG) 9 en Jethro verheugde zich over al het goede dat de Heer aan Israël gedaan had, dat hij uit de hand van de Egyptenaren gered had.,10 en Jethro zeide: Geloofd zij de HEERE, die u verlost heeft uit de hand der Egyptenaren, en uit de hand der Farao, die het volk verlost heeft van onder de hand der Egyptenaren.11 nu Weet ik dat de Heer groter is dan alle goden: want in de zaak waarin zij trots handelden was hij boven hen.
gebaseerd op de combinatie van deze feiten, lijkt het erop dat de Midianieten, net als alle andere culturen, zich afkeerden van de God van Abraham, naar valse goden., Jethro, echter, lijkt te zijn gemaakt tot een gelovige in de God van Abraham na het horen van zijn wonderbaarlijke werken.